Op weg naar mijn liefde, naar mijn leven
Werd ik vermoord door een man zonder ziel
Weg met mij edelstenen liet hij mij verdwijnen in de nacht
Mijn liefde zocht en vond mij, dood en verkracht
Hij wou bij mij zijn, zich overgeven in de duisternis
Hij stak zich ter plekke neer en stier in verdoemenis.
Twee dode lijken waren wij
Maar als doden stonden wij tenzamen niet meer zij aan zij
Als de zon scheen konden wij dat niet voelen
Als hij mij vertelde dat hij mij lief had wist ik dat hij dat niet meer meende
Ik kon hem of iets anders wat ik lief had niet meer aanraken, zonder niets te voelen
Ik werd een vies rottend lijk, ik kon de nacht haast laten vloeien in mijn lichaam
En voeden met het bloed van onschuldige mensen konden wij dit onnoemenswaardige leven overleven
Wij waren ooit 2 liefhebbende mensen, maar hadden ons aan de nacht overgegeven
Jules